Ja, verheven de Heer, die
de nèderige ziet *
en doorgrondt de tròtse
van vérre;
moest ik gaan door het
hàrt der ellénde, *
nog hield Gij mijn lèven
bewáard,
heft de hand waar mijn
vìjanden dréigen: *
uw rechterhànd brengt
mij héil.
De Heer voltrekt het voor
mij:
tot in èeuwigheid, Heer,
uw genáde. *
Laat niet varen het wèrk
uwer hánden.
Uit: Het boek der psalmen
/ uit het Hebreeuws vert. door Ida G.M. Gerhardt en Marie H. van der
Zeyde ; getoonzet door Benedictijner en Cisterciënzer monniken ;
Katholieke Bijbelstichting
© tekst: 1972 dr. I.G.M.
Gerhardt/dr. M.H. Van der Zeyde, vierde verbeterde druk 1997
Geen opmerkingen:
Een reactie posten