Mijn tiendaagse bezoek
aan het klooster in Westmalle is achter de rug. Afgelopen nacht heb
ik mijn eerste nacht in mijn eigen bed gehad. Het is goed om weer
thuis te zijn, na zo'n woestijnervaring bij de Orde van de
Cisterciënzers van de Strikte Observantie. Ruim anderhalve week
woonde ik bij de dertig broeders in Vlaanderen. Ik heb gezien hoe
goed het is als broeders samen wonen.
Deze broeders leven volgens de Regel van Benedictus
van Nursia. Deze kerkvader begint zijn Regel als volgt:
“Luister, mijn zoon,
naar de voorschriften van je leraar en spits het oor van je hart.
Neem volgaarne de raadgevingen van je liefhebbende vader aan en breng
ze goed in praktijk. Dan kun je door actieve gehoorzaamheid
terugkeren naar Degene van wie je door luie ongehoorzaamheid was
weggegaan.
Mijn betoog is gericht
tot jou, wie je ook bent, die afstand doet van zijn eigen wil en als
soldaat van Christus de Heer en ware Koning de krachtige, roemrijke
wapens van de gehoorzaamheid opneemt.”
(Uit: Benedictus van
Nursia, Regel, onder redactie van Krijn Pansters en Guerric Aerden
OCSO, uitgeverij DAMON Budel, 2014).
Zo is het. De monniken,
mannen uit één stuk, hebben hun wereldse leven opgegeven om God te
zoeken. Een contemplatief leven leiden ze. Gericht op het aangezicht
van de Eeuwige.
Ik heb het goed gehad bij
deze Vlaamse broeders (overigens een groep met een grote Nederlandse
inbreng). Dit weekend zal alles een plek gaan krijgen. Maar laat ik
alvast een tip van de sluier oprichten: ik ging om God te ontmoeten
en antwoord te krijgen naar een Godgewijd leven – en in die
zoektocht ben ik positief geslaagd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten